Los oplopend tekort aan ggz-personeel duurzaam op
ArrayDringende oproep ggz branche- en cliëntenorganisatie aan minister
Op dit moment is een tekort van 4.200 arbeidskrachten in de ggz. In 2031 zal dat aantal oplopen tot 9.300 werknemers. “Een verder oplopend tekort aan arbeidskrachten in de ggz dwingt de minister om de uitvoering en aansturing van de ggz onder de loep te nemen”, schrijven MIND en de Nederlandse ggz in een brief aan de Tweede Kamer voor het commissiedebat op 6 juli. Door de instroom, doorstroom en uitstroom van mensen die ggz-zorg ontvangen te verbeteren, zal de zorg beter beschikbaar en uitvoerbaar worden. Door onder andere samen te werken met welzijns-, maatschappelijk werk en huisartsen kan de schaarse capaciteit van zorgprofessionals meer ingezet worden voor mensen die het het hardste nodig hebben.
Met de geraamde oplopende tekorten aan arbeidskrachten, wordt deskundige ggz steeds meer een schaars goed. Mensen met ernstige of complexe aandoeningen moeten veel te lang – en vaak het langst – wachten op passende zorg waardoor de problematiek intussen nog verder verergert en zij in crisissituaties komen. Huisartsen dreigen te bezwijken onder de overbruggingszorg. Het ziekteverzuim leidt vervolgens tot regelmatige wisseling van zorgverleners. Dit maakt het lastig voor cliënten om een vertrouwensrelatie met hun zorgverlener op te bouwen.
Investeren in preventieve voorzieningen
Volgens MIND en de Nederlandse ggz moeten de cliëntstromen in de zorgketens verbeteren en beter worden gemanaged zodat de triage/instroom, doorstroom en uitstroom weer in balans komen. En er moet meer worden geïnvesteerd in mentale gezondheid en preventie. Met name in voorzieningen buiten de reguliere zorg zoals zelfregiecentra, laagdrempelige voorzieningen en lotgenotencontact die bijdragen aan herstel en aan (terugval-) preventie.
Samenhang in de plannen ontbreekt
Om duurzame verandering te realiseren, is samenhang in de plannen en financiering noodzakelijk. Branche en cliënten zijn blij met aanpak ‘Mentale Gezondheid: van ons allemaal’ van de samenwerkende ministeries VWS, SZW en OCW. Onduidelijk is echter hoe het kabinet deze nieuwe aanpak gaat financieren en hoe het de relatie ziet tot het nieuwe Preventieakkoord, de Hervormingsagenda Jeugd en het Integrale Zorgakkoord waarover momenteel onderhandeld wordt. De beweging van zorgstelsel naar gezondheidsstelsel, met meer aandacht voor preventie aan de voorkant, wordt in de laatste alleen vanuit de curatieve zorg (Zvw) geschreven. MIND en de Nederlandse ggz dringen erop aan om het eerder gestarte traject van de ‘Contourennota zorg’ voort te zetten. Het veld is hier uitgebreid bij betrokken geweest. In de reacties van MIND en de Nederlandse ggz is toen al meegenomen dat domein overstijgende samenwerking en bekostiging, een belangrijke randvoorwaarde is om de zorg anders en beter te organiseren.