Onderzoek UZ Gent naar pornogebruik nuanceert enkele hardnekkige clichés
ArrayResultaten #Seks in Beeld
Onderzoekers van de UGent en het UZ Gent hebben via een onlinebevraging het pornogebruik van meer dan 4500 Vlamingen in kaart gebracht. ‘Over #porno leven heel wat veronderstellingen’, zegt dr. Els Elaut, seksuologe aan het UZ Gent. ‘Zo zouden pornokijkende jongeren zich een onrealistisch beeld van seks vormen en zou porno seksueel risicogedrag in de hand werken. Ons onderzoek ontkracht die clichés.’
Geen link met risicogedrag
“Over porno leven heel wat veronderstellingen”, zegt dr. Els Elaut, seksuologe aan het UZ Gent. “Er wordt bijvoorbeeld gezegd dat porno bij jongeren voor een onrealistisch beeld van seks zorgt, dat mensen in een relatie naar porno kijken omdat ze iets missen bij hun partner of dat porno tot seksueel risicogedrag leidt. Met dit onderzoek wilden we op een wetenschappelijke manier nagaan of porno inderdaad die impact heeft. De resultaten ontkrachten enkele belangrijke mythes.” Bovendien blijkt er geen link te zijn tussen pornogebruik en seksueel risicogedrag zoals onveilig vrijen, eenmalige seksuele contacten, een ongeplande zwangerschap of een voorgeschiedenis van soa’s. Respondenten die vaker kijken, ervaren zelfs een positieve impact op hun seksleven. Porno kan daarom zelfs deel uitmaken van sekstherapie.’ ”
“Er wordt bijvoorbeeld gezegd dat porno bij jongeren voor een onrealistisch beeld van seks zorgt, dat mensen in een relatie naar porno kijken omdat ze iets missen bij hun partner of dat porno tot seksueel risicogedrag leidt. Met dit onderzoek wilden we op een wetenschappelijke manier nagaan of porno inderdaad die impact heeft. De resultaten ontkrachten enkele belangrijke mythes.
Seksuele voorlichting
Het onderzoek toont ook aan dat porno voor jongeren niet de belangrijkste informatiebron over seks is. Voorlichting op school blijft op de eerste plaats staan. Driekwart van de ouders met kinderen tussen 8 en 16 jaar vindt het zijn taak om met hen over porno te praten, maar slechts een vierde doet dat ook. 45 procent zegt concrete tips nodig te hebben over hoe ze met hun kinderen moeten praten over porno. 73 procent van alle deelnemers ziet heil in vormingsmateriaal dat leerkrachten ondersteunt om over porno te praten tijdens de lessen relationele en seksuele vorming.
Gents onderzoek naar pornogebruik in Vlaanderen
Dat drie kwart van de Vlamingen ooit porno keek, was al bekend. Maar waarom doen ze het en welke impact heeft het op hun relatie en seksleven?
Jong versus oud, man versus vrouw, relatie versus single?
De breuklijnen tussen generaties en geslachten zijn minder significant dan gedacht, zo blijkt uit het onderzoek. Jong en oud kijken ongeveer even vaak naar porno: zowel de 20- tot 30-jarigen als de 50- tot 60-jarigen geven aan dat ze dat gemiddeld drie keer per week doen. 98% van de mannen keek ooit porno, bij vrouwen is dat 72%. De leeftijd waarop mannen (22 jaar) en vrouwen (21 jaar) voor het eerst naar porno kijken ligt best hoog, te meer omdat porno – zeker voor de oudere generaties – een relatief recent fenomeen is. Beide geslachten geven aan dat ze vooral porno kijken om te masturberen en dat ze voornamelijk alleen kijken (mannen: 85%, vrouwen: 43%), eerder dan met hun partner. Ook in een relatie is dat het geval (mannen: 86%, vrouwen: 52%).
Impact en risicogedrag
Volgens dr. Elaut wordt porno soms onterecht met de vinger gewezen: “Jongeren die geboren zijn tussen 1986 en 2001 en die meer porno kijken dan hun leeftijdsgenoten, vertonen een positievere houding ten overstaan van het andere geslacht.” Ook seksueel risicogedrag zoals onveilig vrijen, eenmalige seksuele contacten, ongeplande zwangerschap of een voorgeschiedenis van soa’s blijkt niet gelieerd te zijn aan pornogebruik. Respondenten die vaker kijken, ervaren bovendien een positievere impact op het eigen seksleven. “Porno is niet de grote boosdoener die we er soms van maken. Het kan zelfs deel uitmaken van bijvoorbeeld sekstherapie.”
Seksuele voorlichting
Dat jongeren hun kennis over seks vooral uit porno halen, spreekt het onderzoek tegen. Voorlichting op school blijft voor hen de belangrijkste informatiebron. Porno komt pas op de derde plaats, na de vrienden. Drie kwart van de ouders met kinderen tussen 8 en 16 jaar vindt het zijn taak om met hen over porno te praten. Slechts een vierde doet het ook effectief. 45% van hen zegt concrete tips nodig te hebben over hoe ze met hun kinderen moeten praten over porno. 73% van alle deelnemers ziet heil in vormingsmateriaal dat leerkrachten ondersteunt in het bespreken van porno als onderdeel van de lessen relationele en seksuele vorming op school.
Methodologie
‘Seks in Beeld’ is een project van de Permanente Vorming Seksuologie, georganiseerd door de faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen en de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen aan de UGent. Het onderzoek werd in het kader van een eindwerk uitgevoerd door een team van negen seksuologen in opleiding, onder supervisie van prof. dr. Guy T’Sjoen, prof. dr. Ann Buysse en dr. Els Elaut. Via een uitgebreide online bevraging bij het grote publiek wilden de Gentse onderzoekers op een wetenschappelijke manier nagaan welke motieven mensen hebben om naar porno te kijken en wat de impact daarvan is. Tussen 27 januari en 15 februari 2016 namen meer dan 4500 mensen (allen ouder dan 18 jaar) deel.
Bron: UZ Gent