De Wet Zorg en Welzijn komt eraan

Array

Geïntegreerde zorg is een wereldwijde beweging. Met woorden van deze strekking sloot Nick Goodwin het derde World Congress on Integrated Care, dat op 20 en 21 november plaatsvond in Mexico City. Goodwin is directeur van de organiserende International Foundation of Integrated Care. Op het congres werd duidelijk dat in een aantal landen in de wereld is gekozen voor integratie van de wetgeving voor zorg en maatschappelijke dienstverlening. Komt er in Nederland ook een wet waarbij de Wmo, de Jeugdwet, de Wet Langdurige Zorg en de Zorgverzekeringswet opgaan in één wet?

Ongelijkheid
Veel Latijns-Amerikaanse landen, maar ook China, kenden tot ongeveer 1980 een sterk centraal geleide politiek met nadruk op medisch-specialistische zorg binnen en buiten ziekenhuizen. De komst van enige democratie leidde daarna tot marktwerking in de zorg. Die veroorzaakte grotere ongelijkheid in de toegang tot de zorg en het faillissement van overheidsziekenhuizen.

Huisartsenzorg
Gezondheidsautoriteiten in die landen, ondersteund door WHO-statistieken, trokken in de jaren negentig aan de bel. Zij pleitten voor invoering van een zorgverzekeringswet. Verder drongen zij aan op huisartsen – werkend in gezondheidscentra – die ook preventieve interventies, zoals vaccinaties en screening, uitvoeren. Mexico, Brazilië en Colombia zijn hiermee zo’n twintig jaar bezig. China begint nu aan de invoering van huisartsenzorg zoals in Nederland en Engeland, vertelde een Chinese spreker op het congres.

Gezondheidseducatie
Na invoering van geïntegreerde eerstelijnszorg richt de aandacht zich op de zorg aan mensen met chronische aandoeningen. Hiervoor is gezondheidseducatie nodig en samenwerking tussen de eerste lijn en ziekenhuizen. Brazilië, Colombia, Singapore en westerse landen hebben tal van zorgprogramma’s opgezet, vooral voor mensen met diabetes, longziekten en hart- en vaatziekten. In Nederland komt deze zorg sinds de jaren negentig van de grond.

Samenhangende aanpak
Uit de presentaties op het wereldcongres kwamen een aantal conclusies naar voren die ook voor Nederland interessant zijn. Zo werd geconcludeerd dat de benadering op één specifieke chronische aandoening niet effectief is. Er zijn te veel burgers met meer dan één chronische aandoening. Ten tweede zijn er veel kwetsbare ouderen die lichamelijk en mentaal minder functioneren en die sociale problemen hebben, zoals vereenzaming en verwaarlozing. Ten derde bestaat er behoefte aan gezondheidseducatie en leefstijladvisering los van een specifieke aandoening. Zo blijkt uit de vele voordrachten in Mexico City dat overgewicht veel voorkomt. Wereldwijd zoeken beleidsmakers en onderzoekers naar een samenhangende aanpak van medische en sociale problemen.

Integratie
In Canada, Brazilië, Schotland, Mexico en Catalonië is gekozen voor integratie van de wetgeving voor zorg en maatschappelijke dienstverlening. De afstemming vindt plaats op lokaal of regionaal niveau en op het niveau van de individuele burger. Heeft die burger zowel problemen van fysieke, psychische als sociale aard, dan komt er een casemanager in beeld met kennis van zaken in het medische en sociale domein.

Nederland
In Nederland vindt integratie binnen het sociale domein plaats dankzij de gelijktijdige decentralisaties van de Participatiewet, de Jeugdwet en de Wet maatschappelijke ondersteuning. Integratie met de eerstelijnszorg, de geestelijke gezondheidszorg en de medisch-specialistische zorg is nog nauwelijks aan de orde.

Machtsstrijd
Als men de noodzaak hiertoe ook in Nederland inziet, verwacht ik dat de Wmo, de Jeugdwet, de Wet Langdurige Zorg en de Zorgverzekeringswet opgaan in één wet, waarbij zorg en welzijn op elkaar worden afgestemd. Ik noem dit de Wet op Zorg en Welzijn. Of dat gaat gebeuren, hangt af van het succes van genoemde landen die ons hierin voorgaan en van onze eigen ambitie. Waarschijnlijk ontstaat er weer een machtsstrijd tussen gemeenten en zorgverzekeraars over de vraag wie op decentraal niveau zorg en welzijn geïntegreerd mag aansturen. Deze sluimerende strijd ontvlamde reeds bij de bekostiging van de wijkverpleging: via de Zorgverzekeringswet of via de Wmo?

Samenhang
Dat er samenhang moet komen tussen zorg- en welzijnsbeleid daarover bestond in Mexico City wereldwijde consensus. Hoe dat vervolgens moet, vormt de komende jaren onderwerp van discussie overal ter wereld en hopelijk ook in Nederland.
Wat vind jij van het idee om één wet te ontwikkelen waarbij zorg en welzijn goed op elkaar worden afgestemd?

Guus Schrijvers

Guus Schrijvers, Oud-Hoogleraar Public Health & Gezondheidseconoom

Guus Schrijvers (getrouwd met Els Zwaan, drie kinderen) werd op 24 juni 1949 geboren in Amsterdam als zesde kind in een katholiek onderwijzersgezin. Na het gymnasium B diploma behaald te hebben(1967) ging hij in Amsterdam economie studeren. Hij studeerde cum laude af (1973) bij prof. Wim Duisenberg op de na-oorlogse conjunctuurgolven en bij prof. Joop Hattinga Verschure op zelfzorgafdelingen in ziekenhuizen. In 1980 promoveerde hij in Maastricht op het onderwerp regionalisatie en financiering van de Engelse, Zweedse en Nederlandse gezondheidszorg. Een stelling uit zijn proefschrift werd zijn levensmotto: wie de kleine structuren niet eert, maakt de grote structuren verkeerd.

Hij promoveerde bij de grondlegger van de Nederlandse gezondheidseconomie prof. Lou Groot en bij genoemde Hattinga Verschure. Van 1974 -1984 was Schrijvers lid van de Gemeenteraad van Utrecht voor de Partij van de Arbeid. Hij ‘deed’ daar portefeuilles zoals Volksgezondheid, Welzijn, Cultuur en Financiën. Op 1 juni 1987 werd Schrijvers samen met prof. Joop van Londen hoogleraar Public Health bij de Medische Faculteit Utrecht. Dat betekende voor hem een switch van macro onderwerpen zoals de inrichting van het verzekeringsstelsel naar kleinschalige projecten zoals educatie van diabetespatiënten.

Uit een interview uit 1987 komt het citaat: ‘als de faculteit mij vraagt voor deze leerstoel, wil ik wat betekenen voor de faculteit. Dan geef ik de macro-onderwerpen op.’ Samen met Van Londen richtte hij zich in 1987 op innovaties in de thuiszorg en op ketenzorg bij chronische zieken. Later zou het die activiteiten onder de vlag disease management bundelen. Tien jaar kwam de belangstelling voor ketens in de spoedzorg erbij. Zijn kennis op dit terrein bundelde hij in het boek Moderne Patiëntenzorg in Nederland, dat hij in 2002 samen met de plaatsvervangend hoofdinspecteur drs. Nico Oudendijk voor de gezondheidszorg schreef.

Vanaf het eerste begin had het bevorderen van het onderwijs in de Sociale Geneeskunde en de Volksgezondheid zijn grote aandacht. Toen Van Londen en hij begonnen was er helemaal niets op dit terrein. Schrijvers: ‘Een grote triomf ervoer ik op 2 april 1994 toen na zeven jaar trekken en duwen de eerste medische studenten bij een GGD en een Arbodienst een verplicht co-schap Sociale Geneeskunde liepen.’

In 1999 kwam een nieuw curriculum voor de medische studenten tot stand. Tropenjaren volgden tot 2006 voor hem en zijn collega dr. Gerdien de Weert om alle uitbreidingen van het sociaal geneeskundige onderwijs bij te benen. Zijn collegestof bundelde hij in 1997 en na verschillende drukken in 2002 in het boek Een kathedraal van Zorg en in de Engelse variant daarvan Health and Health Care in the Netherlands.

Per 1 juli 2007 gaan de onderzoeksactiviteiten van Schrijvers over in de Unit Innovaties in de Zorg binnen het Julius Centrum, dat hij in 1996 met collega prof. Rick Grobbee oprichtte. Zijn aandacht blijft liggen bij Disease Management en Spoedzorg. Schrijvers: ‘Ik begrijp nog steeds niet helemaal hoe die kleine structuren binnen Disease management en spoedzorg precies functioneren. Er is tegenwoordig ook veel uitwisseling met collega’s in Noord Amerika en elders in Europa. Dat verrijkt het inzicht in hoge mate. Elk land is op dit terrein een laboratorium voor een ander land..Voorlopig heb ik mijn handen vol aan de nieuwe Unit. Toch zou ik nog twee boeken willen schrijven.Het ene krijgt als titel, De gemoderniseerde kathedraal van zorg. Het tweede boek moet gaan over ondernemersschap en gelijke toegang tot de zorg. Beide zijn belangrijk maar o zo moeilijk te combineren. Hierbij zou ik de kennis van macro econoom weer kunnen gebruiken.’

Als oud hoogleraar Public Health en gezondheidseconoom bij het UMC Utrecht. geeft hij met zijn nieuwe boek ‘Zorginnovatie volgens het Cappuccinomodel.’ zijn visie hoe de gezondheidszorg eruit zou kunnen zien in een maatschappij met schaarste aan zorg. Het boek is bestemd voor het middenkader van zorgorganisaties. Naast schrijver van boeken en artikelen over de gezondheidszorg is Guus lid van enkele stuurgroepen en begeleidingscommissies en geef ik lezingen en workshops.

Guus Schrijvers is voor voordrachten, dagvoorzitterschappen, interviews en onderzoeksopdrachten te bereiken via [email protected] en telefonische via zijn secretaresse Annet Esser op telefoonnummer 030 250 9359.

Recente artikelen