Zorgverleners wantrouwen zorgverzekeraars
ArrayBoek Het Alternatief voor de zorg 17 november gepresenteerd
Vier op de vijf zorgverleners heeft een klein of zeer klein vertrouwen in de goede intenties van zorgverzekeraars. Dat blijkt uit onderzoek dat is uitgevoerd onder ruim 2000 Nederlandse zorgprofessionals. Het onderzoek wordt gepubliceerd in het boek ‘Het alternatief voor de zorg’, dat op 17 november verschijnt. Bijna drie kwart van de zorgprofessionals geeft bovendien aan weinig vertrouwen te hebben in de deskundigheid van zorgverzekeraars.
In het onderzoek zijn apothekers, huisartsen, fysiotherapeuten, medisch specialisten en tandartsen opgenomen. Onderzoeker Corné van der Meulen van de Stichting Beroepseer maakte hiervoor gebruik van onderzoeksgegevens van het NIVEL.
Van de zorgprofessionals stelt 80 procent een klein of zeer klein vertrouwen te hebben in de goede intenties van zorgverzekeraars. Voor het vertrouwen in deskundigheid ligt dit percentage op 73 procent. Onder tandartsen ligt het percentage respondenten dat aangeeft een klein of zeer klein vertrouwen te hebben het hoogst; 87 procent geeft aan een klein of zeer klein vertrouwen te hebben in de goede intenties van zorgverzekeraars. Voor het vertrouwen in deskundigheid ligt dit percentage bij tandartsen op 81 procent.
In 2006, het jaar dat de zorgverzekeringswet werd ingevoerd, werd ook onderzoek gedaan naar het vertrouwen van zorgprofessionals in zorgverzekeraars (Groenewegen en Hansen, 2007). Het vertrouwen van zorgprofessionals in zorgverzekeraars is in de tussenliggende periode met ongeveer tien procent gedaald. Uit het nieuwe onderzoek blijkt dat vertrouwen samenhangt met ervaren invloed: naarmate zorgverleners meer invloed van zorgverzekeraars ervaren, neemt de kans dat zij weinig vertrouwen hebben in zorgverzekeraars toe.
Het onderzoek naar het vertrouwen in zorgverzekeraars maakt onderdeel uit van het boek Het alternatief voor de zorg, dat woensdag 17 november verschijnt. Het alternatief voor de zorg is samengesteld door Jos de Blok (directeur en oprichter van Buurtzorg Nederland), Herman Suichies (huisarts en bestuurslid van de Vereniging van Praktijkhoudende Huisartsen), radiologe Lewi Vogelpoel en Thijs Jansen, directeur en medeoprichter van de Stichting Beroepseer.
De samenstellers vinden dat er snel grote veranderingen nodig zijn in de gezondheidszorg. “Het gaat in de zorg nu teveel om geld en spreadsheets”, zegt Jos de Blok. “Terwijl het moet gaan om patiënten, zorgverleners en vooral over wat hen verbindt. Wij geloven in een praktische wijsheid: als je focust op kosten, gaat de kwaliteit omlaag. Als je focust op kwaliteit gaan de kosten omlaag. In dit boek vertellen we hoe wij vinden dat de toekomst van de gezondheidszorg er uit moet zien.”
De auteurs stellen dat de zorg weer rond de patiënt moet worden georganiseerd, met respect voor de beroepseer van zorgverleners. De aandacht moet worden verlegd van kostenbeheersing naar kwaliteitsverbetering. De relatie tussen patiënt en zorgverlener moet leidend worden en zorgverzekeraars hebben volgens de auteurs uitsluitend een faciliterende rol. Het alternatief voor de zorg sluit af met een manifest waarin de gewenste nieuwe koers is samengevat.
Het boek wordt mede mogelijk gemaakt door VvAA, ledenorganisatie en dienstverlener voor meer dan 117.000 professionals in de gezondheidszorg. Bij VvAA wordt 17 november om 17.00 uur het eerste exemplaar overhandigd aan een groep patiënten met hun zorgverleners. De schrijvers doen dit omdat beleid en organisatie van de zorg al te vaak over de hoofden van patiënten en zorgverleners heen gaan. Een aantal van de patiënten dat het boek in ontvangst neemt, is samen met hun zorgverlener in het boek geïnterviewd. Na de presentatie gaat De Blok in debat met onder ander Bart Meijman (initiatiefnemer Het Roer Moet Om) en Jan Kimpen, kinderarts en tot 1 november 2015 voorzitter raad van bestuur UMC Utrecht. Het debat wordt live uitgezonden via BNR Nieuwsradio.
Over de stichting Beroepseer
De Stichting Beroepseer is een netwerkbeweging die trots en kwaliteit bevordert. De Stichting is in tien jaar uitgegroeid tot een brede beweging van circa 4.000 professionals, leiders, managers, bestuurders, wetenschappers en andere geïnteresseerden. De Stichting is sector-overstijgend, onafhankelijk en verbindt belevingswerelden van uitvoering, beleid en bestuur. De Goed Werk Maatschappij (GWM) is de uitvoeringsorganisatie van de Stichting Beroepseer. Meer informatie is te vinden op www.beroepseer.nl en op www.goedwerkmaatschappij.nl.