
Daling hart- en longtransplantaties eerste helft 2015
ArrayNa alle optimistische berichten die dit jaar te lezen en horen waren over orgaandonatie in 2014, blijkt de werkelijkheid weerbarstiger. Na zes jaar ‘Masterplan Orgaandonatie’, dat moest leiden tot een forse stijging van het aantal orgaandonaties, is de situatie voor mensen die een hart- of longtransplantatie nodig hebben, nauwelijks beter geworden. In de eerste 6 maanden van 2015 blijkt de toch al beperkte groei van het aantal long- en harttransplantaties over de afgelopen jaren, geheel verdwenen.
Cijfers voor hart en longen
In de eerste helft van 2015 daalde het aantal transplantaties voor mensen die op een hart wachten van 31 naar 29 en voor mensen die op longen wachten van 53 naar 39. Daarmee lijkt de mogelijke positieve trend die Minister Schippers signaleerde op basis van de cijfers over 2014, niet meer dan een fluctuatie. Niet alleen neemt in werkelijkheid het aantal donoren enigszins af (-4%), vooral met het aantal transplantaties (-11%) is het voor harten en longen droevig gesteld. Dit geldt niet alleen voor de eerste helft van 2015, ten opzichte van de eerste helft van 2014, maar ook in de jaren daarvóór heeft het Masterplan niet de beoogde stijging teweeg gebracht. Er stierven meer mensen op de wachtlijst in afwachting van longen in de periode januari tot juni van dit jaar dan in dezelfde periode vorig jaar. In het afgelopen half jaar wachten er nu zelfs 12 mensen op longen tegenover 18 over heel 2014.
Donorcampagnes
Ook de campagnes die jongeren opriepen zich te registreren bereikten helaas niet het beoogde effect. De Nederlandse Transplantatie Stichting kopte onlangs in een persbericht: ’18 jarigen zeggen steeds vaker ja’. Feitelijk heeft 72% van de jongeren dit jaar nog steeds geen keuze gemaakt. De campagnes gericht op 18 jarigen met de persoonlijke brieven over orgaandonatie van de minister bedoeld om het aantal donoren onder jongeren te laten stijgen, blijken ook dit jaar onvoldoende vruchten af te werpen.
Donoregistratie
Om het aantal transplantaties te laten stijgen is een flinke toename van het aantal ingeschreven donoren nodig. Het Masterplan heeft een aantal zaken rond donatie zeker verbeterd, zoals de manier waarop artsen in ziekenhuizen de donatievraag stellen en logistieke zaken beter geregeld hebben. Maar aan het systeem van registratie is niets gedaan. Met het huidige donorregistratiesysteem heeft nu nog steeds maar de minderheid (40%) van de Nederlanders zelf een keuze vastgelegd en een bedroevende 25% met een Ja . Dit wordt deels veroorzaakt doordat mensen in het huidige systeem geen keuze hoeven te maken: van mensen die komen te overlijden is daarom vaak niet bekend wat hun wens ten aanzien van donatie zou zijn geweest. Dat betekent dat van de 60% van de Nederlanders die nog geen keuze hebben vastgelegd, in voorkomende gevallen de familie een onmogelijke keuze op een onmogelijk moment moet maken. Van de nabestaanden kiest dan 70% voor ‘nee’, terwijl desgevraagd de meeste Nederlanders wel donor zouden willen zijn, zo blijkt uit meerdere enquêtes en onderzoeken. Daarom pleiten de Hartstichting, de patiëntenvereniging de Hart&Vaatgroep en Longfonds voor invoering van een minder vrijblijvend registratiesysteem, waarin van mensen wordt gevraagd hun keuze, of het nu ´ja´, ´nee´ of ´een ander beslist´ is, vast te leggen. Deze ‘geen bezwaarsystemen’ leiden in het buitenland in het algemeen tot meer donoren, waardoor voor mensen die afhankelijk zijn van postmortale donatie, geven na leven, zoals voor hart en longen, de overlevingskansen toenemen.
Dit initiatief wordt gesteund door een brede coalitie van organisaties: de Nierstichting, NVN, Cystic Fibrosis Stichting, de Hartstichting, de Hart&Vaatgroep en het Longfonds.