Over angst wordt niet gesproken
ArrayLandelijke Dag Psychische Gezondheid in het teken van angst
Bijna een derde van de Nederlandse bevolking[1] zou liever niet aan goede vrienden of naaste familie vertellen dat zij last hebben van angstgevoelens of paniekaanvallen, tenzij het echt niet anders kan. Dit blijkt uit een onderzoek van Motivaction in opdracht van Fonds Psychische Gezondheid, uitgevoerd in het kader van de 17e Landelijke Dag Psychische Gezondheid. Thema van deze Landelijke Dag is angststoornissen. Het Fonds werkt dit jaar samen met de Angst, Dwang en Fobie stichting (ADF).
Fonds Psychische Gezondheid is bezorgd over dit hoge aantal. De organisatie streeft naar meer openheid over en begrip voor psychische problemen; uit deze cijfers blijkt dat er nog heel wat moet gebeuren om dit te bereiken. En het gaat niet om een klein aantal mensen dat een angststoornis krijgt.
Bijna 20% van de Nederlandse bevolking krijgt in zijn of haar leven een angststoornis. Dit kan bijvoorbeeld een sociale-angststoornis zijn (sociale fobie), agorafobie (‘straatvrees’) of regelmatige paniekaanvallen (paniekstoornis).
Angststoornis gaat niet vanzelf over
Baer Jonkers, psycholoog bij Fonds Psychische Gezondheid: “Een angststoornis gaat vaak niet vanzelf over. Het is daarom van groot belang dat iemand zo snel mogelijk hulp zoekt, aangeeft dat hij of zij een probleem heeft en daar iets aan wil veranderen. De stap om anoniem contact op te nemen met een hulpverlener via internet is misschien niet zo groot, maar het is blijkbaar voor veel mensen een drempel om vrienden en familie in vertrouwen te nemen. Als iemand dat niet wil of durft is de stap naar de huisarts misschien nóg groter. Mensen verzwijgen hun angststoornis misschien uit schaamte of ontkennen dat ze ergens last van hebben, maar dat helpt niet om de angstgevoelens te verminderen.”
Vrienden kwijt
Jonkers: “Mensen die lange tijd last hebben van een angststoornis kunnen hun vrienden en werk kwijtraken en vereenzamen. De kans hierop is vooral groot als je de angst voor iedereen verborgen houdt. Ga daarom vooral het gesprek aan met iemand die je vertrouwt, voordat de klachten verergeren. De volgende stap is dat je daadwerkelijk iets aan je angststoornis gaat doen.”
Bijna de helft naasten merkt het op
In hetzelfde onderzoek geeft 47% van de mensen aan het wel denkt te merken als een goede vriend of naaste familie een angststoornis zou hebben. Jonkers: “Als al deze mensen het gesprek aangaan met hun naaste bij vermoedens van een angststoornis zou dit al enorm helpen. Maar ook zij vinden het lastig om erover te beginnen. Het is ook zeker niet eenvoudig, maar we blijven pleiten voor openheid.”
Meer informatie
Meer over de Landelijke Dag Psychische Gezondheid, het onderzoek van Motivaction en informatie en tips over angststoornissen is te vinden op www.psychischegezondheid.nl/
[1] Onderzoek Motivaction, september 2014. 29% van de respondenten bespreekt angstgevoelens of paniekaanvallen liever niet met naasten.
Bron: Angst, Dwang en Fobie stichting