Vitamine D vergroot bij dragers van genafwijking kans op hypercalciëmie
ArrayGenetisch foutje maakt gevoeliger voor nierverkalking
Meestal maken mensen zelf niet voldoende vitamine D aan. Vitamine D supplementen bieden dan bescherming tegen een tekort dat kan leiden tot rachitis, ook wel de Engelse ziekte genoemd. Maar Bij sommige mensen leidt vitamine D gebruik tot hypercalciemie, tot teveel calcium in het bloed. Dat gebeurt zelfs al bij een lage dosis, die bij andere mensen geen enkel probleem veroorzaakt. In het gezaghebbende New England Journal of Medicine schrijven onderzoekers van het UMC St Radboud, samen met Duitse en Canadese collega’s, dat het probleem wordt veroorzaakt door mutaties in het enzym CYP24A1. Normaal breekt dat enzym een teveel aan vitamine D af. Door de mutaties werkt het gen niet meer en ontstaat er een ‘overdosis’ vitamine D. Dat veroorzaakt uiteindelijk de ernstige problemen.
Vitamine D is belangrijk voor het lichaam. In combinatie met een gebrek aan kalk en zonlicht leidt een gebrek aan vitamine D tot rachitis, ook wel Engelse ziekte genoemd. Om het probleem van onder andere kromgegroeide benen door rachitis te voorkomen, wordt in veel landen vitamine D toegevoegd aan voedingssupplementen. In Nederland zit het sinds 1961 bijvoorbeeld in de margarine.
Ernstige nierverkalking
In hele grote hoeveelheden kan vitamine D giftig zijn. Maar ook in een minder hoge dosis is de vitamine soms (levens)gevaarlijk. Dat bleek aan het begin van de jaren vijftig van de vorige eeuw, toen in Engeland hoge dosis vitamine D aan de melk werden toegevoegd om rachitis te voorkomen. “Binnen enkele jaren hadden enkele honderden kinderen hele hoge calciumspiegels in het bloed, vertoonden ze een duidelijke groeiachterstand en vertoonden ze tekenen van uitdroging en ernstige nierverkalkingâ€, zegt Joost Hoenderop, hoogleraar fysiologie aan het UMC St Radboud. “Een klein aantal van de kinderen overleed zelfs aan de aandoening.â€
‘Hypergevoelig’ voor vitamine D
De exacte oorzaak van de aandoening was niet duidelijk en daarom werd voor de aandoening de ingewikkelde naam Idiopathische (zonder bekende oorzaak) Infantiele (bij kinderen) Hypercalciemie (te veel calcium in het bloed) bedacht; kortweg IIH. Hoenderop: “Het was meteen duidelijk dat de hoge dosis Vitamine D niet het enige probleem kon zijn. Anders hadden alle kinderen klachten moeten krijgen. Kennelijk waren de zieke kinderen ‘hypergevoelig’ voor vitamine D, zo dachten de artsen toen. Maar ze hadden geen idee waar die ‘hypergevoeligheid’ precies vandaan kwam.â€
Gestoorde afbraak
Samen met René Bindels – eveneens hoogleraar fysiologie aan het UMC St Radboud – en Duitse en Canadese onderzoekers heeft Hoenderop nu de oorzaak van de aandoening gevonden. In een artikel in the New England Journal of Medicine beschrijven ze aan de hand van onderzoek bij tien IIH-patienten waar het probleem precies ontstaat. Bindels: “Als je vitamine D binnenkrijgt, sleutelen diverse enzymen er nog een beetje aan voordat het zijn werk kan doen. Aan de andere kant moet het vitamine D ook worden afgebroken als er teveel van is. Die afbraak wordt geregeld door het enzym CYP24A1. Juist bij de IIH-patienten ontdekten we dat genetische veranderingen in dit ‘afbraakenzym’ ervoor zorgen dat het zijn werk niet meer doet. Het gevolg? Zelfs in relatief lage doseringen kan regelmatige inname van extra vitamine D bij deze patienten al giftig zijn en sterk verhoogde calciumconcentraties in het bloed opleveren. Dat komt omdat er dan voortdurend meer vitamine D wordt aangevoerd, dan afgebroken.â€
Uitgelokte aandoening
Hoewel niet duidelijk is hoeveel mensen dergelijke foutjes in CYP24A1 hebben, is de ontdekking zowel voor (potentiele) patienten als artsen van belang. Hoenderop: “Op de eerste plaats weten we nu dat de verhoogde ‘gevoeligheid’ voor vitamine D bij patienten met IIH is te verklaren door mutaties in dit gen. Daarnaast moeten artsen bij de diagnose hypercalciemie voortaan overwegen dat een reguliere dosis vitamine D de aandoening kan hebben uitgelokt.â€
New England Journal of Medicine – Mutations in CYP24A1 and Idiopathic Infantile Hypercalcemia. (online)
Karl P. Schlingmann, M.D., Martin Kaufmann, Ph.D., Stefanie Weber, M.D., Andrew Irwin, B.Sc., Caroline Goos, Ulrike John, M.D., Joachim Misselwitz, M.D., Günter Klaus, M.D., Eberhard Kuwertz-Bröking, M.D., Henry Fehrenbach, M.D., Anne M. Wingen, M.D., Tülay Güran, M.D., Joost G. Hoenderop, Ph.D., René J. Bindels, Ph.D., David E. Prosser, Ph.D., Glenville Jones, Ph.D., and Martin Konrad, M.D.