Versnippering van de zorg leidt tot inefficiëntie
ArrayDe zorgsector slaagt er nog altijd maar mondjesmaat in om informatievraagstukken die al jaar en dag spelen het hoofd te bieden. Dit beeld komt naar voren uit een ronde-tafeldiscussie waaraan verschillende ketenpartners uit de zorgsector onlangs deelnamen.
Partijen als de gemeente Amsterdam, de Gemeente Rotterdam, het Centrum indicatiestelling Zorg (CIZ), het Centraal Administratie Kantoor (CAK) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB) namen deel aan de ronde-tafel die werd georganiseerd door Caerleon. De ronde tafel stond in het teken van het signaleren en benoemen van gemeenschappelijke problemen op het gebied van informatievraagstukken en het zoeken naar mogelijke oplossingen hiervoor.
Alle deelnemende partijen gaven aan dat zij in meer of mindere mate kampen met problematiek van versnipperde informatie. Tegelijkertijd werd onderkend dat deze problematiek deels onvermijdelijk is bij een complexe sector als de zorg, waarin veel verschillende partijen actief zijn die gezamenlijk optreden.
Het probleem van de versnipperde informatie doet zich in de praktijk op verschillende manieren gelden:
– Dezelfde informatie wordt op meerdere plekken opgeslagen, waardoor inconsistentie in de gegevens ontstaat en het moeilijk is een integraal klantbeeld te realiseren;
– Informatie wordt opgeslagen in IT-omgevingen die niet ontsloten kunnen worden;
– Informatie komt te laat in het proces beschikbaar en leidt tot inefficientie in het proces;
– Afhankelijkheden in informatievoorziening worden gestapeld;
– Er is veelvuldig sprake van informatieoverdracht tussen partijen. Zolang dit handmatig gebeurt, werkt dit fouten in de hand;
Ondanks dat de partijen een deel van de problematiek van versnipperde informatie toeschrijven aan de complexiteit van de branche en daardoor als onvermijdelijk beschouwen, zijn ze wel van mening dat de problemen door de steeds verdergaande automatisering wel sterker worden uitvergroot. Hugo Bakkenist, informatiespecialist van Caerleon: ‘Tien jaar geleden was de gemiddelde informatiehuishouding van een partij in de zorg veel kleiner. En doordat nog niet zoveel informatieprocessen waren gedigitaliseerd, waren de problemen bovendien minder zichtbaar. Vandaag de dag is een goede informatiehuishouding eens te meer de kritische succesfactor voor realisatie en beheersing van je bedrijfsprocessen.’
Ook de voortdurend veranderende en steeds strenger geworden wet- en regelgeving heeft eraan bijgedragen dat informatievraagstukken meer aan de oppervlakte zijn gekomen en meer urgent zijn geworden. Nieuwe regelgeving zoals in het verleden NEN7510 op het gebied van informatiebeveiliging, de GBZ-eisen om te mogen aansluiten op het Landelijk Schakel Punt voor de uitwisseling van elektronische patientendossiers en de nieuwe manier van het factureren van zorg (DBC’s), en de nog niet zo lang geleden door het Ministerie van WVS aangekondigde nieuwe WMO-berichtennorm, leiden tot nieuwe standaarden, waarbij privacy-bepalingen ook nog eens voor de nodige beperkingen zorgen. Eens te meer worden partijen in de zorg bij de invoering van dit soort nieuwe standaarden met de neus op de feiten gedrukt dat ze op het gebied van informatie-uitwisseling met elkaar uit de pas lopen waardoor adequate informatie-overdracht in het geding komt.
Bakkenist: ‘Om de ideale informatiehuishouding voor de zorgsector te beschrijven, gebruik ik de metafoor van een gezond menselijk lichaam. Processen zijn hierbij volledig op elkaar afgestemd, acties vinden alleen plaats als ze moeten gebeuren en de communicatie verloopt via vaste standaarden als hormonen en enzymen. De aansturing gebeurt centraal, vanuit de hersenen. Het is, gelet op het feit dat de vraagstukken op het gebied van informatie niet van vandaag of gisteren zijn en de schadelijke gevolgen elke dag alleen maar in omvang toenemen, natuurlijk van de gekke dat we er nog altijd nog niet in geslaagd zijn om in de zorgsector een goede oplossing te implementeren. Onderdeel van de oplossing zou in mijn ogen een regisseur van de keten zijn die de centrale aansturing verzorgt en het mandaat heeft om beslissingen te nemen.’
Bakkenist ziet eveneens verbeteringen in het verschiet door de toepassing van social media in de zorgsector: ‘Social media maken tegenwoordig bijna integraal onderdeel uit van het dagelijks leven van veel mensen. Dat zijn ontwikkelingen waar je als sector profijt uit moet halen en die je zou moeten inzetten om het bereik naar je clienten te vergroten.’
Bron: Emerce