Hoe een 13-jarig jochie – een team van biochemisten verslaat…

Array

………..met een online game! Oftewel het begin van open source innovatie.

Open Source Medicijnen
Het aantal echt nieuwe ontwikkelingen in de conventionele farmaceutische industrie loopt al jaren terug. Er zijn in wezen 3 soorten medicijnen:

A. specialité: medicijn met 1 fabrikant, die rondom het medicijn 1 en waarschijnlijk meerdere patenten heeft aangelegd om de miljarden aan R&D terug te kunnen verdienen. Deze fabrikant heeft na registratie in een land, het alleenrecht om het medicijn te verkopen tegen een zelf vastgestelde prijs, waarna de marktbewerkingsfase begint > het genereren van omzet en dus het (in-)direct beïnvloeden van voorschrijvers en (potentiele) gebruikers,
B. generiek: medicijn waarvan de patenttermijn is verstreken en dat dus door meerdere fabrikanten geproduceerd kan worden. Deze fabrikanten concurreren op productietechniek, inkoop grondstoffen, distributie, marketing etc. Deze categorie medicijnen is vanwege het Nederlandse preferentiebeleid onder prijsdruk komen te staan, doordat verzekeraars het wettelijk vastgelegde (en rechterlijk getoetste) recht op reversed auction hebben toegepast.
C. metoo: een medicijn dat gebaseerd is op een specialité-medicijn (het patent wordt na 2 jaar geopend en dus kan iedereen dan de samenstelling van het medicijn lezen), maar met net 2% ander bindmiddel of 3% andere werkzame stof. Geen R&D kosten maar wel een patent, en dus alleen verkooprecht in een land waar een registratie wordt verkregen. Dus dubbel geluk: lage inkoopkosten & hoge verkoopopbrengst.

Probleem: fabrikant C – rijdt A danig in de wielen, want die moet op prijs gaan concurreren om zijn medicijnen verkocht te krijgen, maakt zo minder winst en kan dus zijn R&D niet terugverdienen. Gevolg: minder en tragere innovatie.

Dan is er nog categorie D: medicijn xyz, dat in Spanje verkocht wordt voor (hypothetisch) Eur 50 per potje van 50 pillen, maar in Nederland (van dezelfde fabrikant, uit dezelfde fabriek) ineens Eur 110 moet kosten. Rara? Parallel-importbedrijven proberen op buitenlandse markten, deze medicijnen (stiekem, want als de fabrikant er achter komt, legt hij de betreffende groothandel droog) te kopen, zorgen dat de verpakking voldoet aan Nederlandse wetgeving (o.m. taal) en slijten deze medicijnen aan Nederlandse groothandels, die er dan net weer even 5% meer marge op kunnen pakken. We noemen deze medicijnen ook wel “parallel”.

Al met al is de conventionele farmaceutische industrie zelf behoorlijk ziek. De dames en heren in de board rooms, reageren net als vele managers in soortgelijke markten die aan het einde van hun product-levenscyclus zitten: kosten besparen (meer omzet maken is iets voor ondernemers). Dat betekent, “kostenvoordelen realiseren” door “synergievoordelen te creeren”. Eind 2007 had ik  het al voorspeld (helaas typte ik toen nog geen blogs vol) maar de laatste maanden zijn de overnames inderdaad niet van de lucht: Pfizer neemt Wyeth over voor 68 mrd! Daar moeten een hoop pillen voor verkocht worden, want de beurskoers van Pfizer werkte niet heel erg mee om deze overname te betalen. Sanofi sluit een overname niet uit. “Merck to Buy Schering-Plough”, GlaxoSmithKline roert zich op overnamemarkt” etc. En dat allemaal in 4 maanden tijd.

Daar heeft niet alleen de industrie last van, maar ook de groothandel, zoals OPG, tegenwoordig heel hip “Mediq” omgedoopt. De beurskoers is er niet van onder de indruk (de koers komt van Eur 27 / aandeel). Een nieuwe naam en nieuwe winkelinrichting in alle Mediq-winkels is inderdaad iets van je een oud retailman als Marc van Gelder kunt verwachten. Helaas zal dat het tij niet meer weten te keren. Een pillenwinkel in een beschermde sector (met zeg 50 hardlopers) is toch wat anders dan een levensmiddelenwinkel met vele duizenden verschillende producten in een echte marktsituatie.. De koersen en winsten van farmabedrijven (zeker die van groothandel en apothekers) gaan de komende jaren omlaag! Dus put-opties kopen als u als net ingestapte jonge apotheker, nog iets van uw te dure investering in een door uw voorganger gloedvol geschetste toekomst, wilt afbetalen. Putopties, zijn een manier om de pijn te verzachten, niet de operationele winsten helaas. Een groothandel (en in steeds meer gevallen ook een retailer / apotheek) is iets van een ver verleden, toen er nog marktkolommen bestonden van fabrikant-exporteur-importeur-groothandel-retailer-eindgebruiker. Maar de consument van vandaag krijgt zijn producten <personalized> (Dell, Apple, Appstore, Levis) en is <on demand>. Ondertussen ontstaan er elders op de wereld op zijn zachts gezegd vervelende situaties, omdat de lokale bevolking niet aan (betaalbare) medicijnen kan geraken. Gaan farmaceuten slechts onder grote politieke en maatschappelijke druk akkoord met het tijdelijk opheffen van een patentrecht.

En ondertussen ontstaan er organisaties zoals OSDD (niet verwonderlijk) in India. Open Source Drug Development. Read my lips! Net zoals open source software, inmiddels het hele internet draagt, zo ontstaat er nu een open source hardware beweging, en die begint aan de wortels van vele sectoren te knagen. Mijn inschatting is dat dat een stuk sneller zal gaan dan de dames en heren boardmembers en hun bijbehorende investeerders daarop kunnen reageren (stel je voor dat je nog 68 mrd USD moet terugverdienen). De enige oplossing is de markt te vertragen met zo veel mogelijk patenten en rechtszaken daarover, wetgevers beïnvloeden, en paniek zaaien (de Mexicaanse griep is er nu een mooi voorbeeld van – dat door vele papegaai-journalisten wordt overgenomen zonder fatsoenlijk echte specialisten voor het voetlicht te zetten). En mocht er dan een leuk bio-tech farmaclubje bijna klaar zijn (als ze alleen al uitzicht hebben op een registratie in een zekere markt), gewoon overnemen en de pioniers met een flinke duit in het zakje bedanken voor hun noeste arbeid. Waarna, business as usual weer doorgaat. Of – zou moeten gaan?

Want de innovatie wordt open source. En dat betekent per definitie: geen patenten. Stel: ik maak (samen met vele anderen) een mooi medicijn, we testen de werkzaamheid daarvan gewoon op onze thuiscomputers (via internet verbonden), laten een fabrikant het medicijn maken (nieuwe variant ‘O’) en gaan daarna gewoon de standaard toelatingsprocedure in. Geheid dat er iemand is die die (dure) procedures zal betalen. En dan … moet de industrie, en haar gevolg naar een ander business model uitkijken. Tsja.

Deze maand staat in het Amerikaanse tech-magazine Wired, een heel aardig artikel over innovatie via <gaming>. Want eigenlijk is al dat laboratoriumwerk toch vooral heel veel empirisch werk. Sample nemen, mixen, testen, en kijken wat er gebeurt. Natuurlijk proces. Wachten. En weer opnieuw. Met Foldit bijvoorbeeld, kan dat ineens een stuk sneller, en nog beter op het laagst denkbare niveau van de medicijnontwikkeling: proteïnen! Want die dingen, dat zijn net puzzels, maar wel voor gevorderden. Met honderden miljarden combinatiemogelijkheden, is het echt wat anders een een doorsnee legpuzzel of <adventure game>. Helemaal leuk als een kind van 13, dat nou eenmaal lekker kan puzzelen, sneller en beter blijkt te zijn dan een team van wetenschappers.

Zo, nu weer fold.it tegen mijn zoon van 7 spelen.

Dit artikel is eerder geplaatst op Farmafit

Bart Jaspers

Bart Jaspers is een social entrepreneur. Na 15 jaar actief te zijn geweest met het vermarkten van gebruikte PC-producten in met name 2e en 3e wereld landen, heeft hij nu zijn pijlen gericht op de zorgsector. Open innovatie, informatisering en vooral redeneren vanuit de vraagzijde zijn al jaren stokpaardjes die ook nu zeker van pas gaan komen. Bart kijkt met een onconventionele blik bij de (internationele) zorgsector naar binnen.

Recente artikelen