NZa: opleidingsplaatsen voor artsen uitbreiden
ArrayTekort aan medisch specialisten dreigt
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) adviseert het ministerie van VWS om de numerus fixus voor de studie geneeskunde te verruimen en het aantal opleidingsplaatsen voor artsen in opleiding (aios) te vergroten. De maatregelen zijn volgens de NZa nodig om het (toekomstige) tekort aan medisch specialisten terug te dringen en ervoor te zorgen dat de zorg ook in de toekomst toegankelijk, kwalitatief goed en betaalbaar blijft. Door de verruiming ontstaat een licht overschot aan medisch specialisten. Dit betekent kortere wachttijden, meer keuzevrijheid voor patienten, minder druk op de betaalbaarheid en een evenwichtigere relatie tussen ziekenhuis en specialist. Dit staat in het onderzoek Marktimperfecties in de medisch specialistische zorg van de NZa.
Uit het onderzoek blijkt dat er nu al een tekort is aan onder meer anesthesiologen, kinderartsen, orthopedisten en radiologen. In de toekomst worden ook tekorten in andere specialismen verwacht. Om het lichte overschot te bewerkstelligen wil de NZa de instroom vergroten, door op korte termijn de numerus fixus te verruimen en het aantal opleidingsplaatsen voor artsen tot medisch specialist (aios) te vergroten. Later kan worden gekeken of de beperkingen helemaal kunnen worden afgeschaft, maar hiervoor moet onder meer eerst worden geïnvesteerd in opleidingstructuur, logistiek en het aantal opleiders. Ook wil de NZa monitoren of de uitbreiding geen onvoorziene effecten heeft. De Raad voor de Volksgezondheid en Zorg adviseerde eerder de numerus fixus over vijf jaar af te schaffen. Daarnaast kan taakherschikking bij sommige ondersteunende specialismen mogelijk een bijdrage leveren aan het oplossen van de tekorten.
Door de extra opleidingsplaatsen zullen de kosten voor de overheid in eerste instantie toenemen. Daarom wil de NZa de bekostiging van de opleidingen doelmatiger inrichten. Volgens de NZa zijn er twee manieren om de subsidiegelden voor de beroepsopleidingen doelmatig te verdelen. In het eerste model krijgen de publieke universitaire opleidingsinstellingen (UMC’s) de taak om meer specialisten op te leiden en de aios te verdelen. De overheid stelt hiervoor spelregels op. Een andere manier is verdeling van het aantal opleidingsplaatsen en subsidie via een tenderprocedure (veiling). Hierbij bepaalt de markt hoe de opleidingsplaatsen worden verdeeld. De overheid zorgt voor de randvoorwaarden en de organisatie.
Bron: NZa