Psychologiestudenten socialer dan economiestudenten
ArraySociale studenten vaker vrijwillig proefpersoon bij wetenschappelijk onderzoek
Sociale mensen die oog hebben voor de belangen van anderen melden zich eerder aan als gratis proefpersoon voor onderzoek dan mensen die vooral oog hebben voor hun eigen belang (individualisten) of zich vooral afvragen of ze wel meer krijgen dan anderen (competitieven). Verder zijn psychologiestudenten vaker sociaal ingesteld dan economiestudenten. Dat blijkt uit recent onderzoek van sociaal psycholoog Paul van Lange (Vrije Universiteit Amsterdam) en collega’s van de Erasmus Universiteit Rotterdam en Singapore Management University. Het onderzoek wordt binnenkort gepubliceerd in het tijdschrift Personality and Individual Differences.
Aan de Vrije Universiteit wordt door Paul van Lange en zijn onderzoeksgroep al geruime tijd onderzoek verricht naar verschillen in sociale, individualistische en competitieve orientaties. Bij onbetaalde experimenten lijkt onze wetenschappelijke kennis over menselijk gedrag vooral gebaseerd te zijn op prosocialen, terwijl bij betaalde experimenten onze wetenschappelijke kennis vooral gebaseerd is op prosocialen en individualisten, en vrijwel niet op mensen die een competitieve orientatie hebben. Als er een betaling tegenover staat blijkt dat individualisten (37%) wel mee willen doen, evenals de prosocialen (41%), maar competitieve mensen (12.5%) nog steeds niet echt.
Het onderzoek laat bovendien zien dat eerstejaars studenten psychologie en economie bij aanvang van hun studie verschillen. Bij psychologie is de meerderheid prosociaal (57%), gevolgd door individualisten (37%) en competitieven (6%). Bij economie zijn de individualisten de grootste groep (47%), gevolgd door prosocialen (47%) en competitieven (17%).
Als wetenschappers in de psychologie en de economie zich vooral richten op studenten uit hun eigen discipline, dan zijn verschillen in bevindingen mogelijk te verklaren door verschillen in de steekproef. Economische theorievorming waarin van oudsher rationeel eigenbelang centraal staat krijgt daarmee eerder steun van economen. Psychologische theorievorming legt wat sterker de nadruk op onbaatzuchtige motieven, en hun steekproef geeft juist deze theorievorming kans van slagen. Waarschijnlijk ligt de psychologische theorievorming toch wat dichter bij de waarheid omdat hun steekproef sterker overeenkomt met representatieve steekproeven.