Hoe je in een langere loopbaan goed inzetbaar blijft
ArrayCognitieve flexibiliteit vergroot inzetbaarheid
Blijvende inzetbaarheid in langere loopbanen, zoals de titel van het proefschrift van bedrijfspsycholoog Felix Steemers luidt, is allerminst vanzelfsprekend. Zo blijkt in dit onderzoek dat de inzetbaarheid van medewerkers gemiddeld al vanaf ongeveer het 38ste-40ste jaar terugloopt. Hoe dat kan? Vanaf die leeftijd wordt het almaar belangrijker om de tot dan toe opgebouwde mentale bagage (routines, ervaringen, kennis, attitudes) te toetsen op relevantie en werkzaamheid, en dat doet niet iedereen. Bewust en onbewust doen mensen in het werk routines, normen en “waarheden” op die hun gedrag sturen. Deze mentale bagage moet regelmatig worden bewerkt om van waarde te kunnen blijven. Medewerkers die in deze zin hun eigen doen en denken kritisch bezien, en vervolgens afstemmen op actuele vereisten, blijken beter inzetbaar te blijven. Deze eigenschap noemen we cognitieve flexibiliteit. Concreet gaat het om vrij eenvoudige vragen, zoals “waarom doe ik het werk zó?”, “kan het ook anders?”, “welke aanpak is het meest geschikt?” Medewerkers met een cognitief flexibele houding nemen niet op voorhand aan dat hun bestaande routines en gewoontes van toepassing zijn.Steemers promoveert 11 mei aan de Vrije Universiteit. De centrale vraag van zijn studie was: hoe kan het vermogen om prestaties te leveren die er hier en nu toe doen, worden onderhouden of versterkt, ook op latere leeftijd, ook in een langere loopbaan? De gebruikelijke ‘employability’-maatregelen zoals functiewijziging en mobiliteit, beperking van ervaringsduur en training en opleiding, dragen amper of niet bij aan behoud of versterking van prestatievermogen. Doorgaans neemt men aan dat minder positieve beoordelingen van oudere medewerkers door hun chefs een gevolg zijn van leeftijdsstereotypering, maar dat blijkt in dit onderzoek niet op te gaan.
Oplossingen
Steemers laat zien dat organisaties cognitieve flexibiliteit kunnen bevorderen. Stimulering van een zekere gretigheid om nieuwe ontwikkelingen te begrijpen en medewerkers laten meedenken met wat de chef onder handen heeft, houden het denken in beweging. Verder lijkt het doeltreffend om medewerkers tijdig aan te spreken op dreigend verlies van inzetbaarheid, vooral in de middenfase van de loopbaan. Praktiserende psychologen kunnen bijdragen door ontwikkeling en uitvoering van pit stops of onderhoudsprogramma’s, gericht op actualiteit en relevantie van de mentale bagage van medewerkers.