Chronische buikpijn kwelt vrouwen langdurig
ArrayEen op de drie vrouwen heeft nog buikpijnklachten twee jaar nadat ze op de Spoedeisende Hulp is geweest voor deze klachten. Driekwart van de vrouwen die met chronische buikpijnklachten een gynaecoloog bezoekt, heeft drie jaar later nog steeds pijn. Het blijft bovendien grotendeels onduidelijk waarom de overige vrouwen wel van hun pijn afraken.
Dit blijkt uit promotieonderzoek van gynaecoloog Philomeen Weijenborg van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), waar zij op 9 december a.s. op hoopt te promoveren. Weijenborg pleit ervoor om niet blind te staren op de pijn, maar te focussen op het omgaan met chronische buikpijn.
Weijenborg ging na hoe het vrouwen verging nadat zij zich met acute buikpijnklachten hadden gemeld op een Spoedeisende Hulp. Twee jaar na hun bezoek aldaar was 2/3 van hen opgeknapt. Maar met name de vrouwen met een laag inkomen en geweld op jonge leeftijd in de voorgeschiedenis bleken meer kans te hebben op het voortduren van hun klachten. Ook inventariseerde Weijenborg bij 72 patienten die met chronische buikpijnklachten bij het diagnostische Chronische Buikpijn Team van het LUMC kwamen hoe het ze na drie jaar verging. Slechts een kwart van hen had in het voorgaande jaar minder dan drie maanden pijn gehad. Geen enkele van de vooraf gemeten demografische, klinische of pijngerelateerde variabelen kon voorspellen welke vrouwen zouden herstellen. Ook was er geen onderscheid tussen vrouwen die wel of niet waren behandeld.
In een vervolgstudie onder 84 vrouwen met chronische buikpijn bleek wel dat de pijn na drie jaar minder intens was en dat de vrouwen er beter mee konden omgaan dan voorheen. Wederom was er geen sprake van enige samenhang tussen de pijnvermindering en andere factoren. Minder catastrofaal denken over de pijn hing echter wél samen met minder pijn, minder depressieve klachten en minder fysieke beperkingen.
Leren omgaan met gevolgen van pijn
Aandacht voor factoren die een rol spelen bij het chronisch worden van acute pijnklachten is van belang gezien de impact van chronische pijn op het dagelijks leven van de patiente, maar ook op economische en gezondheidszorgkosten. Wanneer de pijnklachten aanhouden moeten artsen en patienten zich niet blindstaren op de pijn en de zoektocht naar een oorzaak, concludeert Weijenborg, werkzaam als hoofd van de polikliniek Psychosomatische Gynaecologie en Seksuologie in het LUMC. “Ik beschrijf een manier om uit de impasse te komen die kan ontstaan als er geen oorzaak te vinden is. De benadering heeft een cognitief gedragstherapeutische insteek, waarbij vrouwen kunnen leren omgaan met de gevolgen van de pijn.”
Chronische buikpijn
Eén op de vijf vrouwen in de algemene bevolking heeft last van chronische buikpijn. Weijenborg definieerde dat als het incidenteel of continu last hebben van buikpijn gedurende minstens zes maanden. Sommige vrouwen bezoeken voor hun klachten een gynaecoloog, die veelal geen lichamelijke afwijking kan vinden. Ook als afwijkingen wél aanwezig zijn, kunnen ze vaak de pijn niet verklaren.