Beweegpilot bij Praktijk Ondersteuning Zuid Oost Brabant (POZOB)
Array
In Zuid Oost Brabant loopt een oefenprogramma voor mensen met diabetes; Diafyzob. Zes maanden volgen 400 diabetespatienten een lichaamsbewegingprogramma.
De geselecteerde patienten krijgen óf een programma met individuele beweegadviezen, of een groepsgewijze beweegmodule. Deze mensen hebben als gemeenschappelijk kenmerk dat ze de landelijke bewegingsnorm niet halen en geen contra-indicaties kennen voor actief bewegen. De praktijkondersteuner bekijkt of deze mensen zelf voldoende en zelfstandig kunnen gaan bewegen (aan de hand van een vragenlijst en een gesprek). Patienten met een voldoende hoge score komen in aanmerking voor het gestructureerde beweegadvies, bij een lage score wordt de beweegmodule aangeboden.
Diafyzob duurt in totaal 2 jaar (september 2008- september 2010). CZ stemt de inhoud van het programma af met de zorggroep en financieert het programma. Medio mei 2009 vindt een tussentijdse rapportage en evaluatie plaats.
Naar Diafyzob is al onderzoek gedaan. Dit is evaluatie van een oefenprogramma voor mensen met type 2 diabetes. Het betreft een onderzoek naar de effecten van twee oefenprogramma’s voor patienten met type 2 diabetes, die in de huisartspraktijk behandeld worden. Dit gebeurt binnen de zorgstructuur van POZOB (Praktijkondersteuning Zuidoost Brabant), waar ongeveer 200 huisartspraktijken bij aangesloten zijn. Voor type 2 diabetes patienten is voldoende bewegen extra belangrijk om gezondheidsproblemen in de toekomst te voorkomen. Toch beweegt een groot gedeelte van de mensen met diabetes te weinig. Binnen de Diafyzob studie zullen 400 diabetespatienten -die niet voldoen aan de landelijke beweegnorm- geincludeerd worden in een programma dat als doel heeft deelnemers te stimuleren meer te bewegen. Patienten die er in hoge mate van overtuigd zijn dat zij zelfstandig meer kunnen gaan bewegen (o.a. blijkend uit een hoge score op een self-efficacy vragenlijst), krijgen een programma met individuele bewegingsadviezen. Diabetespatienten die er niet van overtuigd zijn dat zij zelfstandig meer kunnen gaan bewegen (lage self-efficacy score) krijgen een intensievere beweegmodule aangeboden. Belangrijke eindpunten van de studie zijn: de mate waarin fysieke activiteit van de deelnemers toeneemt, de mate waarin de deelnemers tevreden zijn met het programma, nuchter glucose, HbA1c, BMI, lipidenprofiel, incidentie van comorbide aandoeningen en mortaliteit.
Bron: CZ
