Nieuwe ‘niet-stimulerende?’ ADHD-medicatie op komst?

Array

Fernand HaesbrouckDe literatuur noemt nu al Strattera een ‘niet-stimulerend’ ADHD-middel, terwijl renners de stof al ijverig als zeer goed werkzame amfetaminedoping gebruiken en er zelfs al mee doodvallen. De reden waarom de commerciele geneeskunde, de amfetaminewerking van deze en andere antidepressiva voor de wetenschap konden verbergen, wordt in andere stukjes (en ook in mijn lezingen) uitgelegd.

Op 30/05/2008 toonde een stukje van mij aan hoe de nieuwe stof tesofensine, die eerst als een Alzheimer-geneesmiddel en anti-Parkinson werd uitgetest, maar uiteindelijk de symptomen van die ziekten verhoogden, nu als een zeer potent anorecticum (niet-stimulerende hongerremmer, zogezegd) in de handel zou komen.

Hongerremmers zijn stoffen, die doordat ze neuronen van het zenuwstelsel verwoesten, dat zenuwstelsel doen reageren met een gevarenreflex, die een fight or flight teweeg brengen.
Die fight or flight is doping en die doping remt het hongergevoel, die doping maakt euforisch, die doping verwijdt de pupillen, maar die doping werkt als doping, omdat nog overblijvende goede neuronen worden kapotgemaakt. Hoe minder goede neuronen overblijven, hoe hoger men doseert om dezelfde (doping)kick te blijven ervaren.

Aricept als Alzheimer-medicatie verschaft kortstondige lucide momenten, omdat Aricept doping is, die overblijvende goede neuronen kapot maakt, waarop dan het zenuwstelsel reageert met de gevarenreflex, die zo commercieel succesvol is.
Uiteindelijk verergert ook Aricept de symptomen van Alzheimer, maar specialisten op dat vlak werden getraind, om de bevolking daar een plausibele verklaring voor te geven.
Aricept is bovendien, net als Rilatine en amfetamine en XTC, ook al als partydrug in gebruik.

Hetzelfde met de doping die bij ADHD en depressies wordt toegediend.
Op 7 juni 2005 beschreef CBG nog hoe lage doseringen doping ADHD-symptomen doen toenemen.
Commercieel heel handig bedacht, maar intussen… floreert een exploderende zorgindustrie daarrond.
Gelukkig allemaal heel medisch.
Stel je even voor dat hier een crimineel opzet zou vermoed worden.

Zelfs het verergeren van depressies bij het amfetaminedopinggebruik met SSRI’s vangt men heel vakkundig op: hoger doseren tot psychotisch gedrag ontstaat en vervolgens chemisch bipolair (en lucratief) laten balanceren op de psychotica en de antipsychotica.
Het blijft allemaal in de sector en de omerta zorgt voor de rest.

Zou het kunnen dat gebruik van Aricept, Rilatine en later ook nog tesofensine als partydrug een knuppel in het omertahoenderhok zou werpen?
Of worden medische specialisten opgeleid om een nieuwe party-aandoening (DSM-V) in lucratieve banen te leiden?

Deze enkele bedenkingen, alleen maar als inleiding voor wat volgt.

Sinds men opmerkte dat ‘niet-stimulerende’ stoffen, zoals de amfetaminedoping van SSRI’s (Prozac, Strattera), als niet stimulerend door het publiek konden aanvaard worden, alleen maar omdat men datzelfde publiek de sprookjes liet geloven, dat die stoffen eigenlijk iets goeds zouden teweeg brengen (vermoedelijke onevenwichten, vermoedelijke tekorten, die niemand kan aantonen), in de plaats van te vertellen dat ze het zenuwstelsel verwoesten, produceert men voortaan een hele reeks zenuwvergiften, die net als amfetamine of net als cocaïne de bouwstenen van het zenuwstelsel verwoesten.

Rimonabant ( Accomplia) was daar eentje van.
In 2006 waarschuwde ik al voor het gevaar ermee.
De stof kon een tijdlang in Europa gedijen omdat de Franse president toevallig in de directieraad van het Frans-Zwitserse bedrijf zetelt, en vandaar dus ook een speciale zorg draagt voor wat men ‘gezondheid’ pleegt te noemen.

Tesofensin is daar nu ook eentje van.

De medische literatuur is nu een opwarmingsactie gestart om derivaten van tesofensine, als ‘niet-stimulerend’, nieuw ADHD-medicijn, als een concurrent voor de andere ‘niet-stimulerende’ amfetaminedoping, Strattera, naar voor te schuiven.

Tesofensin (NS-2330), sofinicline (ABT-894) en misschien nog ABT-089 waarvan men nu al weet, dat ze Alzheimer of Parkinson kunnen veroorzaken, zullen als psychotica (‘niet-stimulerend’ zogezegd, terwijl ze door neuronen te verwoesten een gevarenreflex en dus ook doping veroorzaken), als gigantische succesnummers aan de ADHD-wereld worden aangeboden.

Nu al circuleren op internet financiele vooruitzichten, die de bedrijven ervan voor beleggers in het vooruitzicht stellen.

En omdat voortaan men al wat gewend werd, dat ook renners met ‘niet-stimulerende’ doping aan de klassieke aangeboren hartziekten blijven doodvallen, zal met de verwoestende werking van deze nieuwe stoffen, ook helemaal niets aan de hand zijn.

Toch raar… en deze bedenking dan, die hier helemaal niets mee te maken heeft.

Maar ik moet dit even kwijt, omdat ik toch bezorgd ben over een en ander en vooral omdat een 15-jarig kind, dat chronisch met Cymbalta werd behandeld, omwille van een diagnose die depressie zou heten.

Het kind kreeg ook 30mg Abilify daags, en 15mg Zyprexa.
Ook Risperdal hoorde eerder in het medicatieconcert.

De Cymbalta is een thiofeenpropylamine (chemisch verschillend van de phenylpropylamines, die de SSRI’s zijn).
Omdat ik bezorgd was, en nadat de moeder mij daarop had gewezen, probeerde de moeder de behandelende psychiater ervan te overtuigen, dat Cymbalta gebruiken bij een kind van 15, niet een zo goed idee zou zijn, in verband met het risico op zelfmoord.

Antwoord van de psychiater:
“1) De risico’s op zelfmoord zijn alleen maar beschreven in de VS, in Europa bestaan daar nog geen studies over, wij houden daar geen rekening mee.
2) Het zelfmoordgedrag is bij de aandoening van deze patient, een fase in het genezingsproces en wij kunnen daarmee niet stoppen.”

Een maand later (dag op dag, na de laatste e-mail die ik van de moeder kreeg) , op 12 november 2008 is de toen 16-jarige patient van een brug gesprongen en op de autostrade terechtgekomen, misschien wel met haar hoofd eerst.
Men heeft het kind nog geopereerd aan de hersenen en het kind ligt nu NOG STEEDS op intensieve zorgen.

Ze krijgt momenteel alleen nog Zyprexa, heel waarschijnlijk wel niet alleen maar om ze in leven te houden.
Zyprexa is als antipsychoticum immers heel duur.

Maar dat is niet alles.

In de zoektocht naar nieuwe moleculen om een lucratieve markt op antidepressiva aan te boren, bleek de vondst van een thiofeenpropylamine een schot in de roos.

En in de roes van het succes ermee, vergat men natuurlijk te melden, dat indien die thiofeenstof ooit, net als Prozac, ook in de oppervlaktewateren van grote steden zal terug te vinden zijn, er een levensgroot probleem zou kunnen ontstaan.

Thiofeen is immers een stof, die op de Europese lijsten van milieuvervuilende stoffen voorkomt.

Als antidepressivum bij mensen en bij honden zeer succesvol, alleen op voorwaarde dat de zieken hun uitwerpselen in de daartoe voorziene groene containers aan de deur zullen zetten.

Want wat gezond is voor mens en dier, is dat niet steeds voor het milieu.

Deze bedenking dan in verband met de stof als antidepressivum.
Maar de research zit ook niet stil.

In de jaren ’80, waren statistisch de mogelijke combinaties met het phenylethylamine- patroon om amfetaminederivaten te produceren uitgeput.

Vandaar, de toevlucht tot de phenylpropylamines, die men weliswaar wat hoger moest doseren, maar die uiteindelijk toch net dezelfde amfetaminewerking konden veroorzaken.

Omdat in die tijd, de farmaceutische industrie de voornaamste medische Overheidsorganen, via lobbywerk en sponsoring in de greep had, kon men vermijden dat die nieuwe groep amfetaminedoping, ook onder een opiumwetgeving zou gebracht worden.

Vandaar dat fabeltjes werden bedacht van serotonine, noradrenaline en dopaminetekorten, die met deze doping (sorry, met deze veilige medicatie) konden gereguleerd worden.
Die stoffen achtte men veilig omdat men meteen ook het werkingsmechanisme als onbekend had uitgeroepen.
En om consequent te zijn, noemde men die stoffen dan ook selectieve serotonine reuptake inhibitors (SSRIs’).
Al kon niemand aantonen dat van serotonine of wat dan ook enig tekort zou zijn, deze fabeltjes vormden de basis van een nieuw medisch commercieel imperium.

En nu is Cymbalta, niettegenstaande alles (of zelfs na wat voorafging) een commerciele topper geworden.
En je voelt het al aankomen…

Waarom ook nu niet naar analogie met de amfetamines, ook niet alle 740 statistische mogelijkheden van thiofeenETHYLamines gaan ontdekken?

En zo geschiedde.

Een paar werden uitgeprobeerd.
Maar elke dierproef eindigde met te grote vergiftigingen van de proefdieren.
Gelukkig is de thiofeenpropylamine (Cymbalta) alleen maar gevaarlijk voor het milieu en kan men zieken ermee chronisch op een depressietherapie zetten.
Of is het een depressietoxicomanie?
Of de zelfmoordepidemie?

En de moraal van het verhaal?

Een gigantische industrie draait wereldwijd op het chemisch verwoesten van de bouwstenen van zenuwstelsels.

De agressie, die daarbij ontstaat als een controleverlies over het gedrag dat die neuronen moeten controleren, het zinloze geweld, de tics, de zelfmoorden, de moorden, het psychotisch gedrag, het wordt allemaal ondergeschikt gemaakt aan de winsten van deze gigantische industrie.

Er is inderdaad voedsel tekort in deze overbevolkte wereld en het basisdocument van de moderne psychiatrie is nog steeds dat werkstuk uit 1920: “Der Vernichtung Lebensunwertes Lebens”.

Of hoe het zuiveren van een maatschappij tot het juiste ras, heel rijk kan maken.
Zonder dat iemand zelfs daarbij argwanend wordt.

Recente artikelen