Antoni van Leeuwenhoek onderzoekers vinden bewijs dat ook bacteriën soms kanker kunnen veroorzaken
ArrayMechanisme ontrafeld hoe salmonella-infectie galblaaskanker kan veroorzaken
Kanker wordt soms veroorzaakt door een virus. Een bekend voorbeeld is dat van HPV en baarmoederhalskanker. Er bestaan al een tijdje vermoedens dat ook bacteriën soms een rol spelen bij het ontstaan van kanker. Maar het harde biologische bewijs hiervoor ontbrak. De onderzoeksgroep van prof. dr. Sjaak Neefjes van het Antoni van Leeuwenhoek levert nu voor het eerst zulk hard bewijs. Zijn groep toonde aan dat de bacterie Salmonella Typhi betrokken is bij het ontstaan van galblaaskanker. Hun resultaten verschenen op 28 mei in het wetenschappelijke tijdschrift Cell Host & Microbe.
Galblaaskanker is in ons land vrij zeldzaam. Maar in India en Pakistan komt het wel vaak voor. Elk jaar krijgen zo’n 300.000 mensen in deze landen te maken met de ziekte. Er is nog een aandoening die in deze landen veel vaker voorkomt dan in Nederland: buiktyfus. Deze besmettelijke ziekte wordt veroorzaakt door de bacterie Salmonella Typhi. Een klein deel van de mensen die ermee besmet wordt, krijgt een chronische infectie waarbij de bacterie zich nestelt in hun galblaas. Zelf hebben ze hier niet per se last van, maar mensen met zo’n chronische tyfus-infectie kunnen wel anderen besmetten. En: ze blijken zelf een sterk verhoogde kans te hebben op galblaaskanker.
Kankeronderzoekers vermoeden daarom al een tijdje dat die hoge incidentie van galblaaskanker in India en Pakistan te maken heeft met die tyfus-bacterie. Maar ook andere zaken zoals galstenen zouden een rol kunnen spelen. Om iets aan de ziekte te kunnen doen, is het daarom belangrijk aan te tonen dan wel uit te sluiten dat Salmonella kanker kan veroorzaken. De onderzoeksgroep van Sjaak Neefjes heeft nu aangetoond dat infectie met Salmonella-bacteriën inderdaad een gewone cel in kankercellen kan veranderen.
Een belangrijk deel van het onderzoek werd uitgevoerd door Neefjes’ postdoc Tiziana Scanu. De onderzoekers wisten galblaastumorweefsel uit India te bemachtigen om dat te onderzoeken. Scanu en Neefjes vergeleken de eigenschappen van galblaastumoren uit India en uit Nederland. Daarbij zagen ze duidelijke genetische verschillen tussen de tumoren uit de twee landen. Dat wijst erop dat de tumoren op een andere manier zijn ontstaan. Ook vonden ze in vrijwel alle uit India afkomstige tumormonsters DNA van de Salmonella Typhi bacterie. In de galblaastumoren uit Nederland zat dit bacterie-DNA niet.
Extra bewijs dus voor het idee dat de bacterie iets met de galblaastumoren uit India te maken had. Om het mechanisme achter dit verband uit te pluizen, deden de onderzoekers verschillende proeven met gekweekte cellen, in een muismodel en met organoids (gekweekte miniorgaantjes) van galblaastumoren. Ze ontdekten dat de Salmonellabacterie eiwitten in de galblaascellen injecteert die de signaaloverdracht in de geïnfecteerde cellen beïnvloedt. De bacterie legt de menselijke cel in feite zijn wil op, zodat de cel wordt gedwongen de bacterie op te nemen en in de cel te laten groeien. Op zichzelf leidt dit niet tot kanker. Maar, zo ontdekten Neefjes en Scanu, als er al bepaalde DNA-mutaties in de cel aanwezig zijn, kan de manipulatie van de cel door de bacterie hét zetje zijn dat de cel verandert in een kankercel. Kanker is dan een consequentie van het feit dat de bacterie Salmonella graag cellen infecteert om te groeien.
Dit nieuwe mechanisme voor kanker verklaart ook waarom niet alle mensen met een chronische Salmonella-infectie galblaaskanker krijgen. De bacterie draagt wel bij aan het ontstaan van tumoren, maar dus alleen als er al een ander genetisch ‘foutje’ in de cellen zit. Neefjes vermoedt dat het mechanisme dat hij en zijn team hebben blootgelegd ook op kan gaan voor enkele andere typen bacteriën. Neefjes: “ Er bestaat bijvoorbeeld een vermoeden over een verband tussen Mycobacterium tuberculose infectie (de bacterie die TB veroorzaakt) en longkanker, en tussen Chlamydia infectie en cervixkanker. Deze bacteriën manipuleren ook de cellen om die te infecteren. Het zou dus goed kunnen dat deze bacteriën op een vergelijkbare manier bijdragen aan het ontstaan van kanker. Het zou erg interessant zijn dat te onderzoeken.”
Zelf is Neefjes nu eerst geïnteresseerd in een ander vraagstuk. Salmonella Typhi komt in ons land niet veel voor, maar andere salmonella-varianten wel. Via de proeven in zijn lab ontdekte Neefjes dat Salmonella Typhimurium, een bacterie die voedselvergiftiging veroorzaakt, kan bijdragen aan de vorming van darmkanker in muismodel systemen. Neefjes: “Dat heeft me aan het denken gezet; zou het kunnen dat er een verband is tussen voedselbesmetting met deze Salmonella-bacterie en darmkanker? Daar is op dit moment geen bewijs voor, en er zijn natuurlijk vele mogelijke oorzaken van darmkanker. Maar misschien draagt Salmonella hier ook wel aan bij. Dat wil ik nu gaan onderzoeken; want als dit verband er is, kan mogelijk met nog striktere maatregelen tegen Salmonella een deel van de darmkankers voorkomen worden.”
En voor wat betreft de hoge incidentie van galblaaskanker in India en Pakistan: dit onderzoek biedt een belangrijke aanwijzing hoe dit kan worden aangepakt. Het op tijd behandelen van tyfusslachtoffers met antibiotica, vaccinatieprogramma’s en sanitaire verbeteringen zouden in deze landen heel wat kankerslachtoffers kunnen voorkomen.
Het onderzoek van Sjaak Neefjes werd gefinancierd door KWF Kankerbestrijding.