Toekomstverkenning Jeugdzorg
ArrayDinsdag 18 mei presenteerde de parlementaire werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg haar rapport ‘Jeugdzorg dichterbij’.
Inzicht onderzoeken jeugdzorg
De algemene commissie voor Jeugd en Gezin stelde op 18 november 2009 uit haar midden een werkgroep in die zich verdiept in de Toekomstverkenning van de Jeugdzorg. Dit naar aanleiding van de aangenomen motie-Dijsselbloem c.s. (32 123 XVII, nr. 13). Het doel van de verkenning is inzicht te krijgen in de aanbevelingen en conclusies uit eerder uitgevoerde of nog uit te voeren onderzoeken op het terrein van de jeugdzorg. Uiteindelijk streven is om te komen tot een gedeelde analyse.
Evaluatie Wet op de jeugdzorg
In februari en maart 2010 hield de parlementaire werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg een aantal openbare gesprekken. De werkgroep sprak met deskundigen en vertegenwoordigersvan organisatiesdie direct betrokken zijn bij de jeugdzorg.
Parlementaire zelfreflectie
De werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg komt voort uit de eigen toekomst- en onderzoeksagenda die de Tweede Kamer op 1 oktober 2009 instelde. Hiermee voert de Kamer een van de aanbevelingen van de parlementaire zelfreflectie uit. De Tweede Kamer pakt met de toekomst- en onderzoeksagenda zaken op die de regering, in de ogen van de Kamer, laat liggen. Jaarlijks zijn er maximaal 3 van dit soort onderzoeken of verkenningen.
Leden werkgroep
De werkgroep bestaat uit de volgende leden:
- Pierre Heijnen, voorzitter (PvdA
- Madeleine van Toorenburg (CDA)
- Jeroen Dijsselbloem (PvdA)
- Marianne Langkamp (SP)
- Ineke Dézentje Hamming-Bluemink (VVD)
- Richard de Mos (PVV)
- Tofik Dibi (GroenLinks)
- Joel Voordewind (ChristenUnie)
- Aanbiedingsbrief van de werkgroep Toekomstverkenning jeugdzorg d.d. 18 mei 2010 (Kamerstuk 32296 nr. 7) en het rapport ‘Jeugdzorg dichterbij’ (Kamerstuk 32296 nr. 8)
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 15 maart 2010
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 8 maart 2010
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 15 februari 2010
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 8 februari 2010
- Brief van de werkgroep Toekomstverkenning jeugdzorg d.d. 18 december 2009 (Kamerstuk 32296 nr. 1)
- Motie van het lid Dijsselbloem c.s. over een aanvullende verkenning over de problemen in de jeugdzorg (Kamerstuk 32123 XVII nr. 13)
- Brief van de ministers voor Jeugd en Gezin en van Justitie d.d. 2 november waarin het rapport van BMC ‘Evaluatieonderzoek Wet op de Jeugdzorg’ wordt aangeboden
(Kamerstuk 32202 nr. 1)
- Aanbiedingsbrief van de werkgroep Toekomstverkenning jeugdzorg d.d. 18 mei 2010 (Kamerstuk 32296 nr. 7) en het rapport ‘Jeugdzorg dichterbij’ (Kamerstuk 32296 nr. 8)
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 15 maart 2010
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 8 maart 2010
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 15 februari 2010
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 8 februari 2010
- Brief van de werkgroep Toekomstverkenning jeugdzorg d.d. 18 december 2009 (Kamerstuk 32296 nr. 1)
- Motie van het lid Dijsselbloem c.s. over een aanvullende verkenning over de problemen in de jeugdzorg (Kamerstuk 32123 XVII nr. 13)
- Brief van de ministers voor Jeugd en Gezin en van Justitie d.d. 2 november waarin het rapport van BMC ‘Evaluatieonderzoek Wet op de Jeugdzorg’ wordt aangeboden
(Kamerstuk 32202 nr. 1)
Hoe werkt de Wet op de jeugdzorg in praktijk? Wat moet er allemaal verbeterd worden in de jeugdzorg? Om hier antwoord op te krijgen, voert de parlementaire werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg 4 gesprekken met hulpverleners, ex-clienten, voogden en specialisten. Kamerlid Pierre Heijnen (PvdA), voorzitter van de werkgroep, vertelt over de kracht van de gezamenlijke verdieping.
“Bijzonder aan de werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg is dat de Kamerleden zich nu gezamenlijk verdiepen in het onderwerpâ€, zegt Pierre Heijnen, voorzitter van de parlementaire werkgroep. “Normaal gesproken is het ieder voor zich en dan trekken de fractiemedewerkers zich terug om informatie te verzamelen. Met deze werkgroep gaan we dwars door de politieke partijen heen. Dit moet uiteindelijk leiden tot gedeelde opvattingen en waarnemingen, wat de Tweede Kamer sterkt in het debat met de minister. Dit is precies zoals de werkgroep Parlementaire zelfreflectie het instrument toekomstonderzoek bedoeld heeft. Namelijk: het werk van de Kamer naar een hoger niveau helpen.”
Angst
“Wat heel sterk naar voren komt uit gesprekken is de enorme verantwoordingsdruk. Sinds de dood van de peuter Savanna in september 2004, waarbij de gezinsvoogd werd vervolgd, bestaat er veel angst in de jeugdzorg. Er wordt veel vastgelegd zodat mensen er achteraf maar niet op aangesproken worden. De medewerkers besteden daar extreem veel tijd aan. Daarnaast duurt de indicatie van de clienten te lang en blijkt de communicatie problematisch. Medewerkers hebben onvoldoende tijd om aan ouders uit te leggen waarom hun kind uit huis wordt geplaatst. Of waarom ondertoezichtstelling nodig is.â€